Tolerant Oman
“Oman?! Is dat wel veilig nu?” Het is de meest gestelde vraag als ik in oktober 2014 een weekje Oman heb geboekt. Velen moeten het opzoeken op de kaart en het helpt niet echt te zeggen dat het naast Saoedi Arabië en Yemen ligt. Het hele middenoosten is ‘eng’ en overal in die landen wonen jihadisten. Zo wordt er veel gedacht.
Waarom dan dus Oman?!
Omdat het op dat moment veiliger is dan Egypte, terwijl je er minstens zo mooi schijnt te kunnen duiken (en ja, dat klopt!). Omdat het niet voor de hand liggend is, en ik in die periode van m’n leven grote behoefte heb aan het gaan van ongebaande paden. Omdat ik na Turkije, Egypte en Tunesië niet terugdeins voor een beetje moslimland, zelfs niet als ik samen met een vrouw reis.
En ja, ook ik verdiep me vooraf beter dan anders in de gebruiken van het land. Moet ik een hoofddoek om? Heeft het zin een korte broek en topjes mee te nemen of kies ik voor vormeloze hobbezakken en lubberende longsleeves? En wat zijn de gevaren die ik tegemoet treedt? Ik besluit algauw m’n SAS Survival Guide thuis te laten. Niet nodig, Oman kent minder gevaren dan Nederland!
Want terwijl hier de berichten over Nederlandse IS-strijders de media beheersen, kopt een Engelstalige krant dat nog steeds geen enkele Omani zich heeft aangesloten bij IS. Ik bedoel maar….
Tolerante islam
Dat heeft voor een groot deel te maken met de ‘soort’ islam die in Oman wordt beleden. Waar de meeste moslimlanden bestaan uit soennieten of sjiïeten, is het overgrote deel van de bevolking van Oman ibadiet. En die ibadi houden er een tolerante vorm van islam op na, zo blijkt als we de indrukwekkende en serene Sultan Qaboes-moskee in Muscat bezoeken. Ik word verwelkomd door een jonge vrouw die me een kopje thee aanbiedt met een koekje. Ze vraagt wat ik wil weten over haar land en haar geloof. Licht op m’n hoede als bij een jehova-getuige en tegelijkertijd nieuwsgierig naar wat er achter al deze vriendelijkheid ligt, bestook ik haar met vragen. Over hoe ze het geloof ervaart, of ze nu wel of niet een hoofddoek moet dragen (ik zie namelijk ook vrouwen zonder!) en wat haar positie is als vrouw. Totaal niet beledigd door mijn directe vragen vertelt ze hoe vrij ze is in haar keuzes, hoe ze gestimuleerd is om te studeren en dat het dragen van een hoofddoek een persoonlijke aangelegenheid is waar iedereen anders over mag denken.
Paralellen
Het doet me heel geruststellend denken aan de tolerante christenen die thuis soms op mijn pad komen. Mensen die vol liefde voor en zonder oordeel over de medemens een geloof aanhangen dat ze een ander niet willen opdringen, maar dat door hun eigen blijheid wel aanlokkelijk wordt.
Als ik in mijn opwinding over zoveel paralellen in een wild gebaar de hete kop thee in m’n schoot kieper, ontfermt de vrouw zich met zoveel naastenliefde over mij dat ik voor het eerst in mijn leven niet alleen beredeneer en denk dat we hetzelfde zijn, maar het in diepste wezen ook voel. Het geeft me in deze tijd van groeiende tegenstellingen een gevoel van hoop. Hoop dat we elkaar ergens ooit in deze enorme chaos als mensen weer gaan vinden en ons herkennen in de ander.
Leve de sultan
Hoop is ook wat de sultan van het land al jarenlang geeft, en dat drukt een stevig positief stempel.
In Oman is de Sultan Qaboes bin Said al Said een heilige. En terecht! Hij is het cement van de natie en tegelijkertijd de motor. In 1970 eiste hij de macht op, die tot dan toe in handen van zijn conservatieve vader lag. Wat Qaboes vervolgens deed met het land zal ooit nog eens worden verfilmd in een Hollywood-spektakel.
Hij maakte van de armoedige angststaat een tolerant en welvarend land. Hij gaf vrouwen rechten, stimuleerde de economie en leerde vooral ook dat niet alles wat vreemd is gevaarlijk hoeft te zijn. De bevolking draagt hem op handen en ze noemen hem liefkozend ‘vader’.
Nieuwsgierigheid
Door de open houding van de sultan zie je bij de Omani een nieuwsgierigheid die we in Nederland in de afgelopen tien jaar hebben zien veranderen in argwaan. Een open, lachende blik zorgt ervoor dat je je als bezoeker in dit mooie land welkom en geaccepteerd voelt, waardoor je je vol vertrouwen durft open te stellen voor de ontmoeting. Het voelt een beetje als de kloof waarin we tijdens de vakantie wandelen: de bergketens lijken eerst onbedwingbaar in hun ongekendheid om vervolgens een adembenemende doorgang te bieden voor wie het avontuur durft aan te gaan.De woestijn die we verwachtten, blijkt een vruchtbare oase, voedingsbodem voor frisse en groene ‘nieuwigheden’.
Het strand waarop we wandelen, blijkt de haven voor honderden zeesterren die zich daar ingraven in afwachting van de volgende stroming.
En ineens voel ik heimwee naar het Nederland waarin ik ooit woonde. Het Nederland dat trots was op zijn tolerantie en dat als hoogste waarde had dat iedereen zichzelf mocht zijn zolang hij maar oog bleef houden voor de mensen op zich heen. Een land waarin een scherpe tong altijd gepaard leek te gaan met een vriendschappelijke schouderklop. Een land waar op de bodem van de kloof tussen twee standpunten, altijd een gulden middenweg was te vinden. Een land waarin het woord ‘poldermodel’ nog een geuzenwoord was in plaats van een halfbakken compromis waar niemand blij mee is…
Het is bijzonder te merken dat er op deze wereld nog steeds onverwachte plekken zijn waar we van kunnen leren. Oman is zo’n plek!