Zuiderzeepad 13: Nunspeet-Harderwijk
‘Heb je binnenkort wandelgezelschap nodig?’, berichtte Mathilde Pelder, na het lezen van een wandelpost op Insta. Ik had haar, middelbareschoolgenoot, de afgelopen 32 jaar misschien twee keer gezien en schreef spontaan terug: ‘Leuk, komend weekend?!’
Ze zou me vergezellen op de eerste helft van de 3e etappe van het Pieterpad, van Groningen naar Haren.
Maar de NS werkte niet mee, en het weer ook niet, en omdat ik nog niet aangekomen was bij de les ‘slechtweerwandelen’, ging ik op zoek naar een wél bereikbare en droge langeafstandswandeling, ergens tussen ons in.
Dat werd van Nunspeet naar Harderwijk met halverwege in Hierden voor Mathilde de bus terug naar Nunspeet. Ik zou de negentien kilometer vol maken. Mathilde vond een kilometer of tien, twaalf net te doen.
Inmiddels weet ik: als het om afgemeten kilometers gaat, ga dan niet met mij in zee, zelfs niet als die zee al een tijdje geleden is drooggelegd. Het enige dat ik kan garanderen, is dat je altijd meer zult lopen dan je van plan was.
Dat alles wist ik vanochtend nog niet -en Mathilde gelukkig ook niet-, toen we om 9.16 uur begonnen aan etappe 13 van het Zuiderzeepad. Althans, we dáchten dat we aan die etappe begonnen. In werkelijkheid bleek het etappe 14 te zijn. Een cruciale fout. Helemaal als het zondagochtend is. In de biblebelt. Op het platteland, waar een bus naar een station alleen op afroep beschikbaar is, een uur voor vertrek…
De eerste vijf kilometer verspilden we aan ‘weer op het rechte pad komen’. Geen nare omweg trouwens, want, dat moet gezegd: deze route is er weer eentje om heel blij van te worden; zowel etappe 13 als 14.
Toen we eindelijk weer bij het begin van etappe 13 kwamen, waren onze spieren warm en waren de 32 jaren tussen ons weggevallen. -Wat is samen wandelen toch een fantastische activiteit om je levenservaringen, -lessen en -pijnen te delen!-
Via een kabouterpad begonnen we de werkelijke route die ons leidde door een afwisselend landschap van bossen, heidevelden, zandverstuivingen en weidelanden. Het ene moment waanden we ons in oerbossen, het volgende in de woestijn en weer even later aan laantjes waarlangs je met een beetje fantasie ridders uit vervlogen tijden naar het kasteel hoorde galopperen. De weilanden waren overdekt met gele dekens van paardenbloemen en zelfs het verval bevatte een schoonheid die om vastleggen vroeg. Ergens halverwege, net nadat de behoefte aan een bankje ons op een harsspuwende boomstam had doen rusten, kruiste een kudde schapen ons pad. Het maakte de idylle compleet.
In Hierden aangekomen, tikte de teller inmiddels 21 km aan, toch ietsje meer dan zowel Mathilde als ik hadden ingecalculeerd. Met nog twaalf kilometer te gaan naar Harderwijk, vond ik het wel gesneden en besloot ik met Mathilde terug te bussen maar Nunspeet. De belbusmevrouw had pas een uur later plek voor ons. Volop tijd voor bier en bitterballen op het terras. Een genot.
Ik moet vóór Japan nog uitvinden hoe het kan dat routes bij mij zomaar tien kilometer langer kunnen uitpakken dan de kaart voorspelt, terwijl ik toch de route loop. Punt van aandacht voor de volgende wandeling…